Start verkiezing: wie wint de Koelste Koeienweide Cup?

Omdat koeien al bij temperaturen vanaf 21 graden last kunnen hebben van hitte, is schaduw in de wei essentieel. Maar in een steekproef bij koeien in de wei van Wakker Dier in 2022 had bijna driekwart van de koeien geen schaduw. Met deze verkiezing geeft Wakker Dier een podium aan boeren die hun koeien wél schaduw bieden.

Biodynamische Melkveeboerderij Keurentjes in Rutten (Flevoland)

Gerard Keurentjes combineert al jaren het houden van koeien met bosbouw. Hierdoor kunnen zijn Fries-Hollandse koeien en kalfjes samen afkoelen in een mooi bos. Ook kunnen ze daar hun dieet van kruidenrijk gras aanvullen met veertien verschillende soorten bomen en struiken om aan te knabbelen. Boer Keurentjes: “Als je ziet wat er nu staat; een weelde aan bomen en kruiden, en kalfjes bij de koe. Dat maakt het voor mij zo mooi.”

Ekoboerderij Arink in Lievelde (Gelderland)

Voor de vijftig Fries-Hollandsche koeien van John Arink is het goed toeven in het weiland omringd door kilometers aan bomen en struiken. Deze houtwallen zorgen voor een flinke schaduwrand waar koeien kunnen ontsnappen aan de zon. Boer Arink: “Ik geef mijn koeien maximale weidegang. Ze kunnen 22 uur per dag buiten grazen en dat maakt het extra belangrijk dat ze de verkoeling kunnen opzoeken.”

Biodynamisch boeren

Beide genomineerde boeren werken vanuit een biodynamisch systeem, wat onder meer inhoudt dat de koeien hun hoorns behouden en de kalfjes langer bij de koe blijven. Daarnaast verblijven ze zoveel mogelijk in de weide; minimaal 180 dagen – 8 uur per dag, maar vaak nog meer dan dat.

De verkiezing

Wakker Dier voert al langer campagne voor een beter leven voor de Nederlandse melkkoe. Met de nieuwe verkiezing wil ze aandacht vestigen op het belang van schaduw in de weide. De dierenwelzijnsorganisatie nomineerde bewust twee biodynamische boeren omdat zij zich ook op andere manieren inzetten voor het welzijn van hun koeien. Vestering: “Deze boeren halen alles uit de kast om hun koeien een beter leven te geven en dat verdient lof.”