Vaker structureel hoge kalversterfte op grote bedrijven
In megastallen is de kalversterfte bijna twee keer zo vaak ‘structureel hoog’ als bij bedrijven met minder dan 75 koeien. Dit blijkt uit cijfers van Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO) voor de periode 2018-2021, opgevraagd door Wakker Dier. Anne Hilhorst van Wakker Dier: “Dit onderstreept het gevaar van schaalvergroting voor het dier. De kalfjes zijn de dupe van onze dorst naar goedkope melk.”
In dit onderzoek is een hoge kalversterfte vastgesteld op een grenswaarde waarbij 75 procent van de bedrijven lager scoort. In de onderzochte periode lag deze grenswaarde op 13 procent sterfte. Als de kalversterfte bij een bedrijf vier jaar lang boven de grenswaarde blijft, dan spreekt Wakker Dier van structureel hoge sterfte. De kalversterfte is geanalyseerd voor zeven bedrijfsgrootteklassen, oplopend van minder dan 50 dieren tot meer dan 250 (megastal). Onder kalversterfte valt het overlijden van kalfjes tot en met 14 dagen na de geboorte, inclusief de doodgeboren kalfjes.
Meer dieren, hogere sterfte
Ook de gemiddelde kalversterfte wordt beïnvloed door het aantal melkkoeien op een bedrijf. Bij de grotere bedrijven lopen kalfjes meer risico om binnen twee weken te sterven dan op kleinere bedrijven. Zo is de overlevingskans van kalfjes op bedrijven met minder dan honderd koeien significant hoger dan op bedrijven met meer dan 125 koeien. Tussen de drie grootste bedrijfsklassen (vanaf 125 melkkoeien) bestaan geen significante verschillen in het percentage kalversterfte. In 2022 lag de kalversterfte bij bedrijven met minder dan vijftig koeien gemiddeld op 7,9 procent, tegen 9,2 procent voor megastallen.
Minder boeren, meer koeien
In de Nederlandse melksector is al jaren sprake van toenemende schaalvergroting. Er zijn steeds minder boeren en zij houden per bedrijf steeds meer koeien. Zo telt Nederland al 742 megamelkstallen en het gemiddeld aantal melkkoeien per bedrijf is sinds 2001 bijna verdubbeld, van 62 naar 111 dieren in 2022. Ongeveer 60 procent van de kalveren wordt geboren op een bedrijf met meer dan 125 melkkoeien. Zestien procent van de kalveren wordt geboren in een megastal.
Het onderzoek
Wakker Dier heeft bij RVO alle melkveedata opgevraagd uit het Identificatie & Registratiesysteem (I&R), voor de periode 2011 tot 17 oktober 2022. De dierenwelzijnsorganisatie bekeek de kalversterfte voor zeven bedrijfsgrootteklassen. De totale kalversterfte omvat twee categorieën. Kalfjes worden als ‘doodgeboren’ geregistreerd als zij sterven voordat ze een oormerk krijgen. Dit moet een boer binnen drie werkdagen na de geboorte zetten. Kalfjes uit de categorie ‘sterfte tot veertien dagen’ zijn de geoormerkte kalfjes die sterven binnen twee weken na hun geboorte.
De analyse van de gemiddelde kalversterfte omvat gegevens over 16,3 miljoen dieren afkomstig van 17.470 melkveebedrijven. De statistische analyse is uitgevoerd door ECOSTAT, een onderzoeks- en adviesbureau voor statistiek in ecologie, ecotoxicologie en landbouwkundig onderzoek. Voor de analyse van bedrijven met structureel een hoge sterfte zijn de jaren 2018 tot en met 2021 bekeken.
Lees hier het rapport en de analyses.